Een ondernemer die een onderneming in stand houdt waar in de regel ten minste 50 personen werkzaam zijn, is op grond van de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) verplicht om een ondernemingsraad in te stellen. Meer informatie over het instellen van een ondernemingsraad kunt u vinden in deze blog van Rowan Rosens.
Een ondernemingsraad is bij uitstek het bekendste fenomeen op het gebied van medezeggenschap. Maar hoe zit het bij een onderneming waar minder dan 50 personen werkzaam zijn? Is die ondernemer op grond van de WOR verplicht om een medezeggenschapsorgaan in te stellen? In deze blog wordt antwoord gegeven op deze vragen.
In een onderneming waarin in de regel ten minste 10 maar minder dan 50 personen werkzaam zijn en waarin geen (vrijwillige) ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging is ingesteld, geldt de verplichting tot het houden van ten minste twee personeelsvergaderingen per jaar.
Tijdens de personeelsvergaderingen wordt het voltallige personeel door de ondernemer bij elkaar geroepen en wordt (ten minste één keer per jaar) de algemene gang van zaken besproken. Daarbij dient de ondernemer aandacht te besteden aan de financiële situatie van de onderneming, het personeelsbeleid en het sociale beleid. Daarnaast kunnen aangelegenheden aan de orde worden gesteld, zowel door de ondernemer als door de in de onderneming werkzame personen, waarover overleg wenselijk wordt geacht. Extra personeelsvergaderingen kunnen worden verzocht door het personeel indien ten minste een vierde van het personeel daartoe een met reden omkleed verzoek doet.
Als sprake is van een voorgenomen besluit van de ondernemer dat kan leiden tot verlies van arbeidsplaatsen of tot een belangrijke verandering van de arbeid of de arbeidsvoorwaarden van ten minste een vierde gedeelte van de in de onderneming werkzame personen, dan dient dat voorgenomen besluit eerst door de ondernemer besproken te worden met het personeel voordat de ondernemer het besluit kan nemen. Reden hiervoor is dat een dergelijk besluit impact heeft op het personeel en het personeel op die manier “mee kan praten”. Dit is het zogenoemde adviesrecht van de personeelsvergadering. Er geldt geen adviesrecht als de aangelegenheid is geregeld in een cao.
Het advies dient door de ondernemer op een zodanig tijdstip aan de personeelsvergadering te worden gevraagd dat het advies van de personeelsvergadering nog van wezenlijke invloed kan zijn. Als de ondernemer eenmaal een besluit heeft genomen, kan de personeelsvergadering het besluit niet meer aanvechten. Een dergelijke bevoegdheid heeft een ondernemingsraad wel.
In het geval de ondernemer geen advies heeft gevraagd aan de personeelsvergadering over een adviesplichtig besluit, dan kan het personeel een verzoek doen bij de kantonrechter tot naleving van de verplichting van de ondernemer om eerst advies te vragen voordat het besluit wordt genomen.
De personeelsvergadering heeft ook belangrijke rechten als het om pensioen gaat. Zo dient de ondernemer onder meer alle informatie die beschikbaar is over het pensioen te delen met het personeel. Daarnaast dient een voorgenomen wijziging, vaststelling, wijziging of intrekking van de pensioenregeling worden medegedeeld aan het personeel.
Een ondernemer kan in een onderneming waarin in de regel ten minste 10 maar minder dan 50 personen werkzaam zijn, op eigen initiatief een personeelsvertegenwoordiging instellen. De ondernemer hoeft dan niet meer met het voltallige personeel te overleggen maar met een aantal personen die het personeel vertegenwoordigen. De ondernemer is daarnaast verplicht om een personeelsvertegenwoordiging in te stellen als de meerderheid van de in de onderneming werkzame personen daarom verzoekt.
Een personeelsvertegenwoordiging dient ten minste uit drie personen te bestaan. Deze personen worden rechtstreeks tijdens PVT-verkiezingen gekozen door middel van geheime schriftelijke stemming door en uit het personeel.
De personeelsvertegenwoordiging heeft onder meer de volgende rechten:
In ondernemingen waarin in de regel minder dan 10 personen werkzaam zijn kan de ondernemer kiezen voor een vrijwillige instelling van een personeelsvertegenwoordiging. Het instellen van een personeelsvertegenwoordiging kan niet door het personeel worden afgedwongen. Op het moment dat een personeelsvertegenwoordiging vrijwillig is ingesteld, heeft die personeelsvertegenwoordiging de rechten die voor een personeelsvertegenwoordiging gelden. In cao’s kan de verplichting zijn opgenomen om een personeelsvertegenwoordiging in te stellen.
Neem dan gerust contact op met Ingrid van den Broek of Rowan Rosens.