De menselijke maat
Een advocaat dient voor zijn cliënt een pro forma hoger beroepschrift in bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Er worden dan nog geen gronden ingediend.
Het hoger beroep gaat over een rechtbank-uitspraak die betrekking heeft op het buiten behandeling stellen van drie aanvragen van de cliënt om verlening van een omgevingsvergunning voor drie verschillende activiteiten op zijn perceel.
Niet-ontvankelijk
Zoals gebruikelijk heeft de Afdeling een ontvangstbevestiging naar de advocaat gestuurd met een termijn van vier weken voor het alsnog indienen van de gronden. Hier eindigde deze termijn op 28 december jl. en gaat het dan mis in deze zaak. Er worden geen gronden ingediend en verklaart de Afdeling het hoger beroep daarom niet-ontvankelijk.
Menselijke maat
De advocaat laat het hier niet bij zitten en stelt verzet in. Hij voert dan een aantal persoonlijke omstandigheden aan. Wat deze advocaat is overkomen is ook niet mis. De gezondheidssituatie van zijn vader verslechterde begin december en werd een van zijn kinderen ziek als gevolg van COVID-19 waardoor de advocaat in quarantaine moest. Zijn vaste waarnemer was toen op vakantie, werd zijn secretaresse ziek en overleed zijn vader op 27 december jl. Daarnaast voert hij aan dat de niet-ontvankelijkheid tot een voor zijn cliënt onvoorzien en onredelijk gevolg zal leiden en vraagt om toepassing van de menselijke maat.
De uitspraak
De Afdeling blijkt hier wel gevoelig voor te zijn. In de uitspraak wordt overwogen dat een overschrijding van de termijn voor het indienen van de gronden in beginsel leidt tot niet-ontvankelijkheid. Daartoe bestaan volgens de Afdeling, uit een oogpunt van ordelijke procesvoering, ook goede redenen. Uit het verzetschrift en de ter zitting gegeven toelichting blijkt echter dat zich hier een bijzonder samenstel van uitzonderlijke omstandigheden voordeed. Verder is er nog overwogen dat er geen derden betrokken zijn bij het hoger beroep. De Afdeling is daarom van oordeel dat er geen verzuim is geweest door de gronden van het beroep niet op tijd in te dienen. De advocaat krijgt een nieuwe termijn om de gronden in te dienen.
Het is vrij uitzonderlijk dat de Afdeling een verzet gegrond verklaart en is dit een mooie uitspraak die tegemoet komt aan het rechtsgevoel.