Is verbod in de Apv ook van toepassing op online uitlatingen?
In deze zaak was op de voor iedereen toegankelijke Telegram groepschat door een inwoner de oproep "Utrecht in opstand, nee 2G & nee vuurwerkverbod! 26-11-21, 19.30, Kanaalstraat, Be there!!! Neem je matties & vuurwerk mee" geplaatst.
Volgens de burgemeester van Utrecht speelde de inwoner hiermee een leidende rol bij het oproepen tot een gewelddadige confrontatie met de politie en/of ordeverstoring in de Kanaalstraat in Utrecht.
Algemene plaatselijke verordening
In de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 (Apv) is in artikel 2:2 lid 1 onder g bepaald dat het verboden is om op of aan een openbare plaats of in een voor publiek toegankelijk gebouw op enigerlei wijze door uitdagend gedrag aanleiding te geven tot wanordelijkheden.
Last onder dwangsom
Op grond van deze bepaling legt de burgemeester op 26 november 2021 de inwoner een last onder dwangsom op en gelast hem zich te onthouden van online uitlatingen (op sociale media) die zijn te kwalificeren als het door uitdagend gedrag aanleiding geven tot wanordelijkheden met een dwangsom van € 2.500,= tot een maximum van € 10.000,=. Dat wil dus zeggen dat als de inwoner zich niet houdt aan de last hij per keer een bedrag van € 2.500,= moet betalen aan de gemeente tot een maximum van € 10.000,=.
Hoger beroep
De inwoner is het hier niet mee eens en wordt er in deze zaak tot in hoogste instantie, dat wil zeggen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, geprocedeerd.
In hoger beroep gaat het over de vraag of Telegram aangemerkt kan worden als een openbare plaats in de zin van de Apv.
De uitspraak
De Afdeling is allereerst van mening dat uit de Apv en de toelichting daarbij niet blijkt dat ook een digitale ruimte, zoals een groepschat op Telegram, een ‘openbare plaats’ is. De Afdeling oordeelt dat de groepschat weliswaar voor iedereen toegankelijk is, maar het is geen fysieke plaats. Daarom is Telegram geen openbare plaats in de zin van de Apv.
Ook het standpunt van de burgemeester dat slechts de gevreesde wanordelijkheden zich op een openbare plaats moeten afspelen en niet het gedrag dat aanleiding geeft tot wanordelijkheden, wordt niet gevolgd door de Afdeling. De Apv is volgens de Afdeling duidelijk bedoeld voor de situatie dat er op de openbare plaats uitdagend gedrag wordt getoond dat aanleiding geeft tot wanordelijkheden. Dit blijkt namelijk uit de tekst van artikel 2.2 lid 1 onder g Apv. Er staat namelijk dat het verboden is om op of aan een openbare plaats op enigerlei wijze door uitdagend gedrag aanleiding te geven tot wanordelijkheden. Deze gedraging moet dus plaatsvinden op of aan een openbare plaats, want anders valt de gedraging niet onder het verbod. Als voorbeeld noemt de Afdeling het ophangen van een pamflet op een openbaar plein waarin wordt opgeroepen tot wanordelijkheden.
De burgemeester wordt dus in het ongelijk gesteld.
De Afdeling sluit de uitspraak af door ten overvloede op te merken dat de Afdeling begrijpt dat personen ook via digitale sociale media een aanzet kunnen geven tot onrust en wanordelijkheden in de openbare ruimte en de burgemeester zich daar zorgen over maakt en op zoek gaat naar mogelijkheden om dit te beteugelen.
Maar, zo overweegt de Afdeling, het is aan de wetgever om een daarop toegesneden wettelijke basis te geven.
Spanningsveld
Deze uitspraak is een duidelijk voorbeeld van het spanningsveld tussen de praktijk en wetgeving die niet (meer) toereikend is.
Dit was eerder ook het geval toen burgemeesters vastliepen om een woning te sluiten bij een verstoring van de openbare orde. Dit heeft geleid tot de Wet Victoria, een uitbreiding van artikel 174a Gemeentewet. Deze uitbreiding biedt een burgemeester voortaan onder andere de mogelijkheid om ook tot sluiting van een woning over te gaan als er sprake is van ernstig geweld in of in de onmiddellijke nabijheid van een woning waardoor de openbare orde rond de woning ernstig wordt verstoord.
Dus ook in deze zaak ligt de bal bij de wetgever die met nieuwe wetgeving moet komen om zodoende de burgemeester meer armslag te geven bij het optreden tegen online uitlatingen met een opruiend karakter.
Wordt ongetwijfeld vervolgd...