Beleidsregels kamerbewoning en woningsplitsing Eindhoven 2026

Eigenaren van beleggingspanden in Eindhoven opgelet!

Het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven heeft op 27 november 2025 nieuwe beleidsregels voor kamerbewoning en woningsplitsing gepubliceerd. Deze nieuwe beleidsregels zullen op 1 januari 2026 in werking treden en bieden voor eigenaren van een specifieke groep woningen de mogelijkheid om alsnog voor een omgevingsvergunning voor woningsplitsing of kamerbewoning in aanmerking te komen.

Inleiding

Het wijzigen van een woning in meerdere woningen en/of in kamerbewoning is in strijd met het Omgevingsplan gemeente Eindhoven. In afwijking van dit omgevingsplan kan kamerbewoning of woningsplitsing toch mogelijk worden gemaakt als dat past in de omgeving. Een omgevingsvergunning daartoe kan worden verleend als aan de beleidsregels kamerbewoning en woningsplitsing van de gemeente Eindhoven wordt voldaan. In een eerdere blog  vindt u de toelichting op het toetsingskader in deze beleidsregels.

Nieuwe beleidsregels

De huidige beleidsregels uit 2021 zullen op 1 januari 2026 worden vervangen door de ‘Beleidsregels kamerbewoning en woningsplitsing Eindhoven 2026’.

In deze nieuwe beleidsregels worden enkele uitgangspunten gewijzigd en/ of aangevuld waardoor eigenaren van een specifieke groep woningen mogelijk alsnog voor een omgevingsvergunning voor woningsplitsing of kamerbewoning in aanmerking kunnen komen. Het gaat om de volgende situaties:

1. In de nieuwe beleidsregels is een overgangsregeling voor lang bestaande gevallen van gesplitste en/of kamersgewijs bewoonde woningen in de ‘op-slot-gebieden’ Woensel-West, Limbeek-Noord en -Zuid, Doornakkers Oost en -West en Bennekel-Oost opgenomen. In (uitsluitend) de periode van 1 januari 2026 tot 1 januari 2027 kunnen eigenaren van woningen in deze wijken alsnog een omgevingsvergunning voor kamerbewoning en/ of woningsplitsing aanvragen. Als in deze periode een omgevingsvergunning voor een lang bestaande situatie wordt aangevraagd en aan een aantal voorwaarden wordt voldaan (zoals geen overlastpand, geen overbewoning of onveilig pand) kan alsnog een omgevingsvergunning worden verleend.     
   Van een lang bestaande situatie in geval van een gesplitste woning is sprake als deze aantoonbaar sinds 15 mei 2010 in gesplitste vorm in gebruik is. Van een lang bestaande situatie  in geval van kamerbewoning is sprake als een vergunning voor kamerverhuur is verleend of kamerbewoning aantoonbaar sinds 12 december 2007 plaatsvindt en (dit geldt voor beide situaties) kamerbewoning onafgebroken is voortgezet. De bewijslast om aan te tonen dat sprake is van een lang bestaande situatie ligt bij de eigenaar van de woning.
2. Daarnaast komt voor een groep woningen de toepassing van de 30-meterregel te vervallen. Daarmee wordt een drempel weggenomen. De 30-meterregel zal niet meer worden toegepast in geval van het splitsen van een bovenwoning of het kamergewijs bewonen van een bovenwoning als 1) die bovenwoning buiten een op-slot-gebied ligt, 2) is gelegen boven een "niet-wonen-functie" (zoals een winkel, kantoor en horeca) en 3) niet grenst aan een grondgebonden woning. Vergunningaanvragen voor splitsing of kamergewijze bewoning van deze groep bovenwoningen worden beoordeeld aan de hand van een (maatwerk)leefbaarheidstoets.  

Deze nieuwe beleidsregels bieden ten opzichte van de huidige beleidsregels aldus meer mogelijkheden voor eigenaren van bepaalde specifieke groepen van woningen.

Vragen?

Hebt u vragen over deze nieuwe beleidsregels en de gevolgen ervan voor uw pand, neemt u dan contact op met de bestuursrechtadvocaten van team bouw en vastgoed.